Uit de krant: “Wie nog goesting heeft in de studie Nederlands, is voor mij een martelaar”

Abdelkader Benali

31 augustus 2021 (Bron: Trouw)

Het Nederlands leeft, de studie Nederlands is op sterven na dood. Het aantal aanmeldingen voor de studie loopt al jaren dramatisch terug. Jongeren lopen om de studie heen als was het een rottend karkas. Ik kan ze niet ongelijk geven. Wie na het eindexamen Nederlands nog goesting heeft in de studie Nederlands is voor mij een martelaar. Het Nederlands is in Nederland een kleine taal geworden.

Het is niet zo dat Nederlanders niet van hun taal houden, het probleem is dat academici niet meer weten welk verhaal ze over hun taal moeten vertellen. Het wetenschappelijke werk dat wordt verricht spreekt een groot publiek alleen aan als het een gevoelige snaar raakt. Maar academici willen geen gevoelige snaar raken. En dus fladderen er een aantal prachtige paradijsvogels door het Nederlandse medialandschap die geweldig kunnen vertellen over de Nederlandse taal zonder gebonden te zijn aan academische verantwoording. Wim Daniëls, voormalig leraar Nederlands, doet meer voor de promotie van het Nederlands dan vier studierichtingen bij elkaar. Er is meer Nederlands op Radio 1 dan in de collegezalen.

Ik doe een paar aanbevelingen. Wat de literatuurcomponent betreft: verschuif de focus van de moderne literatuur, dus pak ’m beet alles tussen 1920 tot 1980, nou eens naar onze tegenwoordige tijd. Er is echt heel veel goeds geschreven na De donkere kamer van Damocles en De Aanslag. Waarom niet van de Grote Drie naar de Grote Vijfentwintig? We moeten voorbij de canon van de babyboomers. Vrouwelijke schrijvers hebben een stevige opmars gemaakt de afgelopen dertig jaar. En dat geldt ook voor de multiculturele letteren waarvan de schrijver Alfred Birney terecht zei bij Zomergasten dat je die moet scharen onder Nederlandstalige literatuur. Kan de studie Nederlands niet de plek zijn waar de nieuwe samenleving ook stevig verankerd is in het curriculum, al was het maar om van het ongewenste label af te komen dat het een spierwitte studie is?

De opkomst van het gesproken woord

Dan is er nog iets aan de hand waarvan de studie Nederlands niet weet wat ze ermee aan moet. En dat is de opkomst van het gesproken woord als literaire vorm. Ik heb het over spoken word, slam poetry, stadsdichters en hiphop – die totale versmelting van straattaal en sporttaal en mediataal en de taal van de cinema en de taal van de toekomst.

Aan de Artez in Arnhem groeit en bloeit de hbo-opleiding creative writing. Talent krijgt een kans en ik zie ze later terug op verschillende literaire platforms. De Nederlandse taal is hier een laboratorium dat uit elkaar barst van de creativiteit. Spokenwordartiest Amara van der Elst (19) sprak op 4 mei op de Dam. En houd Malika Soudani in de gaten die onderzoek doet naar discriminatie en een literair kookboek wil schrijven. Alle mensen die ik ken van Lisa Huissoon is een van de spannendste literaire experimenten van de laatste jaren. Daarmee vergeleken is de studie Nederlands een knekelhuis.

Morgen is het honderd jaar geleden dat W.F. Hermans werd geboren. Mijn lievelingswerk van hem is Een wonderkind of een total loss waarin ik lees hoe dun de scheidslijn tussen slagen of falen in het leven is. En dat het eigenlijk niet uitmaakt wat mensen van je vinden, het moet uitmaken wat je van jezelf vindt. Maar iets van jezelf vinden is moeilijk omdat inzicht moet leiden tot verandering. Anders blijft er alleen maar wroeging. En wroeging is wat de studie Nederlands kan missen als de pest.

Abdelkader Benali (1975) is schrijver. In 1996 debuteerde hij met ‘Bruiloft aan zee’, in 2003 won hij de Libris Literatuur Prijs voor zijn roman ‘De langverwachte’. Om de week schrijft hij voor Trouw een column.

Newspapers